Een terugblik op een jaar wethouderschap: Ellen Dusseldorp-Ribbers
Deze maand is het een jaar geleden dat het huidige college van B&W in Oost Gelre aan de slag ging. Jos Hoenderboom en Bart Porskamp deden in het vorige college al ervaring op in deze functie. Arjen Schutten en Ellen Dusseldorp-Ribbers sloegen als wethouder een nieuwe weg in hun carrière in. Hoe kijken zij terug op hun eerste jaar wethouderschap? Vorige week vertelde Arjen Schutten over zijn ervaringen, deze week de terugblik van Ellen Dusseldorp-Ribbers.
Ellen, wat heeft jou ertoe gebracht om je destijds beschikbaar te stellen als wethouder?
“Al van huis uit werd mij meegegeven dat het goed is je te verdiepen in de politiek. Daar zelf over mee mogen praten, leek me leerzaam en uitdagend. Daarnaast heb ik een groot gevoel voor rechtvaardigheid en daarom heb ik mij, naast mijn baan als personeelsadviseur in het bedrijfsleven, ingezet als gemeenteraadslid van Oost Gelre. In die 4 jaar heb ik me vooral sterk gemaakt voor het sociaal domein. Dat komt in mijn functie als wethouder, met de portefeuilles zorg, jeugd, participatie, onderwijs, cultuur en erfgoed, goed van pas. Ik kan nu elke dag het belang van inwoners dienen.”
Hoe heb jij jouw eerste jaar als wethouder ervaren?
“Als heel uitdagend en afwisselend. Het eerste jaar is echt voorbijgevlogen. In andere functies heb je vaak een inwerkperiode en kun je eerst meelopen. Maar als wethouder stap je direct op een rijdende trein. Gelukkig ben ik in een goedlopende organisatie terechtgekomen en kan ik rekenen op prettige en kundige collega’s. Daarnaast heb ik goed contact met diverse mensen en kom ik op veel plekken. Geen dag is hetzelfde en die afwisseling vind ik fijn. Op het moment dat ik steeds beter in m’n functie kwam, ging ik met zwangerschapsverlof.”
Hoe vond je het om al zo snel met verlof te gaan, en hoe is het om weer terug te zijn?
“Om na een paar maanden in een nieuwe functie met verlof te gaan, is in het begin lastig. Maar ik heb wel van mijn verlof genoten en heb het werk goed los kunnen laten. Het was prettig om op de achtergrond digitaal de commissie- en raadsvergaderingen te volgen. Zo bleef ik op de hoogte van wat er allemaal speelde. Daarnaast hebben collega’s mijn portefeuilles waargenomen en mij op de hoogte gehouden. Nadat ik tijdens het verlof veel tijd met mijn gezin heb doorgebracht, was het de eerste werkweek wel even schakelen. Tegelijkertijd voelde het goed om weer terug te zijn en mijn werkzaamheden te hervatten. Ik krijg er energie van om inwoners en collega’s weer te zien en te spreken!”
Is de balans tussen werk en privé nog goed?
“Absoluut, al vergt het wat afstemming. Samen met mijn man Tom heb ik inmiddels 2 zonen: Julian (4 maanden) en Maxime (2 jaar). Wij vinden het belangrijk om voldoende tijd met het gezin door te brengen. Natuurlijk heb je als wethouder een drukke agenda. Ik werk tijdens kantooruren, heb vergaderingen in de avonden en bijeenkomsten in de weekenden, maar als je dat goed afstemt, is het te combineren. Zo kan ik in de ochtend met regelmaat onze zonen naar het kinderdagverblijf brengen, zitten we als gezin samen aan het avondeten en ben ik doordeweeks meestal één dag thuis.”
Is het een issue? Een jong gezin combineren met een volledige baan op (dit) niveau?
“Ik verwonder me er wel eens over dat sommigen zich afvragen of het wethouderschap voor mij als jonge moeder wel te combineren is. Vaak draai ik de situatie om en vraag ik of ze dit ook tegen mannelijke wethouders zouden zeggen. Voor mij des te meer motivatie om ervoor te gaan. Gelukkig krijg ik daarbij onvoorwaardelijke steun van mijn man. Mijn ouders hebben mij ook altijd gesteund bij alles wat ik doe. Zij hebben mij altijd gemotiveerd het beste uit mezelf te halen en te doen waar ik gelukkig van word. Dat ik nu wethouder ben in mijn ‘eigen’ gemeente, waar ik opgegroeid ben en nog steeds woon, maakt me trots en dankbaar. Ik hoop dat ik met die gedreven instelling een inspiratie voor andere jonge vrouwen kan zijn.”
Heeft jouw rol als wethouder iets veranderd voor jou persoonlijk?
“Ik ben me zeker bewust van m’n rol als wethouder. Die publieke functie heb je dag in dag uit en dat is wel even wennen. Ik word gelukkig op een positieve manier aangesproken door inwoners. Verder krijg ik goede signalen uit mijn omgeving over hoe goed het is dat ik als jonge vrouw deel uitmaak van het college van B&W. Mijn interesse in mensen, inlevingsvermogen en ervaring op het gebied van het verlenen van mantelzorg, maken dat mijn taken als wethouder dichtbij me staan.”
Waar ben je tot nu toe het meest trots op na een jaar?
“Ik ben trots op ons beleidsplan Mens & Samenleving, waar we van focus op het probleem naar veel meer aandacht voor preventie gaan. Het is mooi om te zien hoeveel we in onze gemeente doen vóór en geregeld hebben mét elkaar. Er zijn ontzettend veel organisaties, verenigingen en vrijwilligers die zich inzetten voor de samenleving. Ik ben echt trots op al die partijen, die mij dan weer inspireren.”
Wat zijn jouw doelen voor de komende periode?
“Ik blijf mij inzetten voor het sociale gezicht van de gemeente. Iedere inwoner die ondersteuning of zorg nodig heeft, kan daarvoor hier terecht. Al blijft de inzet op een gezonde leefstijl bij inwoners nog belangrijker. Verder wil ik persoonlijk dichtbij mezelf en toegankelijk blijven. Voor het maken van goed beleid moet je immers weten wat de behoefte van inwoners is. Die verbinding blijven zoeken: daar zet ik me vol voor in!”